Judo is veel meer dan een vechtsport. Het is een levensfilosofie die draait om respect, discipline en zelfverbetering. De grondlegger van het judo, Jigoro Kano, creëerde de sport met de overtuiging dat fysieke en mentale ontwikkeling hand in hand gaan. Daarom zijn de kernwaarden van het judo vastgelegd in tien geboden, die fungeren als vuistregels voor iedereen die deze sport beoefent. Laten we een stap in de dojo zetten en de wijsheid achter deze geboden ontdekken.
1. Wees Beleefd (Rei-gi wo omonzu)
In judo draait alles om beleefdheid. Elke judoka leert al vanaf de eerste stap in de dojo om anderen met respect te begroeten. Dit begint met een buiging naar de dojo, je leraar, en je medejudoka’s. Een groet is meer dan een simpel gebaar; het symboliseert wederzijds respect en waardering.
2. Wees Oprecht (Makoto no kokoro wo tsunome)
Oprechtheid is het fundament van judo. Wanneer je een techniek uitvoert of samen traint, moet je altijd eerlijk zijn tegenover jezelf en je trainingspartner. Doe je best, zonder vals te spelen of anderen te misleiden.
3. Heb Moed (Yuuki wo yashinau)
Moed in judo betekent dat je geen angst hebt om een techniek uit te proberen, zelfs als dat betekent dat je kunt falen. Zonder moed is vooruitgang niet mogelijk. Moed wordt niet alleen getest in competitie, maar ook in het dagelijks leven, bij het overwinnen van uitdagingen.
4. Wees Bescheiden (Kenkyo wo wasuruna)
Bescheidenheid houdt in dat je jouw talenten erkent zonder arrogant te worden. In judo leer je dat er altijd meer te leren valt en dat zelfs de meest gevorderde judoka’s altijd nieuwe technieken of inzichten kunnen opdoen.
5. Respecteer Anderen (Taigi wo omonzu)
Respect voor je tegenstander, je trainer, en je medejudoka’s is een fundamenteel principe van het judo. Dit respect gaat verder dan de dojo. Het leert judoka’s om elkaar te helpen groeien, zowel fysiek als mentaal.
6. Doe Aan Zelfbeheersing (Jisei wo shinobi)
Zelfbeheersing is essentieel in judo, waar een ongecontroleerde woede of emotie kan leiden tot gevaar. Judoka’s leren om hun emoties onder controle te houden, zowel tijdens als buiten de trainingen. Deze vaardigheid is van onschatbare waarde in het dagelijks leven.
7. Streef Naar Perfectie (Seishin wo tomoni suru)
Hoewel niemand perfect is, moedigt judo judoka’s aan om altijd naar zelfverbetering te streven. Dit is niet beperkt tot de technieken op de mat, maar ook in de manier waarop iemand zichzelf als mens ontwikkelt.
8. Werk Voor Wederzijds Voordeel (Jita kyoei)
Judo gaat over samenwerken. Het principe van “jita kyoei” leert dat vooruitgang alleen mogelijk is wanneer we elkaar helpen. In de dojo betekent dit dat judoka’s elkaar ondersteunen bij het leren van nieuwe technieken en het verbeteren van hun vaardigheden.
9. Respecteer De Regels (Giri wo manzoku suru)
Regels in judo zijn er niet om vrijheid te beperken, maar om veiligheid en een eerlijke competitie te waarborgen. Elke judoka leert om de spelregels en instructies van de sensei (leraar) te respecteren en op te volgen.
10. Heb Eerbied Voor Het Judo (Judo wo taisetsu ni suru)
Judo is een sport met een rijke geschiedenis en diepe filosofie. Judoka’s worden aangemoedigd om niet alleen de technieken, maar ook de geest en waarden van judo te respecteren en te waarderen.
Judo: Meer Dan Een Sport
Door de tien geboden te volgen, ontdekken judoka’s dat judo niet alleen een manier is om fysiek sterker te worden, maar ook een weg naar mentale groei en een beter begrip van de wereld om hen heen. Judo is een reis van zelfontdekking, waar elke worp en val een les in nederigheid, respect en doorzettingsvermogen biedt.
Of je nu een beginnende judoka bent of een ervaren zwarte band, de tien geboden van het judo vormen een onmisbare gids. Ze herinneren ons eraan dat ware kracht niet alleen zit in de kracht van onze worpen, maar in het respect en de eerlijkheid waarmee we deze toepassen.
Welkom in de wereld van het judo – een wereld waar respect, discipline en eerbied de kern vormen van elke techniek en elk gebaar.